Het laatste bericht in de trilogie van deze paddenstoelenkweekweek.
Nadat we de stammetjes met oesterzwam en shiitake hebben geïnoculeerd met houtdeuvels en het bed voor de bietenputzwam gemaakt, hadden we nog een aantal wat dikkere berkenstammen liggen. Hierbij hebben we de oesterzwam op een andere manier op het hout geënt. Hier geen deuvels, maar oesterzwam in houtbroed.
Met totem cultivation zaag je de stam in blokken van ongeveer 20 to 30 centimeter. Vervolgens breng je het paddenstoelenbroed op de zaagsnede van de stam aan. Dan kan het volgende blok er boven op worden gezet. Helemaal bovenop leggen we een dunne schijf van de stam. Deze beschermt de bovenkant tegen schimmelsporen en raakt lekker snel doorgroeid omdat hij zo dun is.
Het onderste blok graven we een stukje in de grond, zodat het geheel stevig blijft staan. Bijkomend voordeel is dat de stam zo minder snel uitdroogt.
We hadden nog een paar deuvels oesterzwam over. Deze hebben we in het onderste blok geslagen om daar de oesterzwam een voorsprong te geven op de schimmels uit de grond. Dat laatste is geen noodzaak. Je kunt de toren ook gewoon op de grond zetten. Of op een stukje karton waar je eerst wat houtbroed over verkruimeld.
We hebben ook een paar deuvels gebruikt op uitstekende restanten van zijtakken.
De blokken zijn telkens met één of twee spijkers vastgeslagen. Zo staat het geheel een stuk steviger. Als de schimmel eenmaal lekker aan het groeien is, krijg je - ook zonder spijkers - de blokken niet meer van elkaar. Muurvast zitten ze dan. Maar we hebben liever niet dat ons bouwwerk met de eerste lentestorm in de beek verdwijnt.
Op onderstaande foto's is alles stapsgewijs te zien:
